donderdag 8 september 2011

Geen bezwaarkostenvergoeding bij voorlopige aanslag. Oneerlijk?

Indien een belastingplichtige een fout maakt kan hij worden geconfronteerd met een correctie van de aanslag. Is er sprake van schuld of opzet dan kan de belastingdienst een boete opleggen. Als de belastingdienst een fout maakt dan kan de belastingplichtige hiertegen bezwaar maken en vragen om correctie. De belastingplichtige kan uiteraard geen boete opleggen, al is dit recent in specifieke gevallen wel mogelijk gemaakt als de overheid bijvoorbeeld te lang doet over het nemen van een beslissing.

In plaats van een boete op te leggen kan de belastingplichtige wel vragen om een kostenvergoeding. Dit speelt indien er sprake is van een fout of nalatigheid van de kant van de belastingdienst en de belastingplichtige extra kosten moet maken om bezwaar te maken, bijvoorbeeld omdat een belastingadviseur moet worden ingeschakeld.

Helaas gaat er nog wel eens iets fout bij het afhandelen van een aangifte en wordt een onjuiste aanslag opgelegd. Lang geleden is intern bij de belastingdienst afgesproken dat ze de belastingplichtige niet lang in onzekerheid wil laten zitten nadat de aangifte is ingediend en dat er omwille van een snellere afhandeling binnen korte termijn na indiening van de aangifte een voorlopige aanslag wordt opgelegd.

In de voorlopige aanslag wordt normaal gesproken de aangifte gevolgd. De belastingdienst neemt gewoon de gegevens, doet misschien een heel korte check, maar gaat niet dieper op de aangifte in. Dit wordt pas gedaan bij het opleggen van de definitieve aanslag. Hierbij is de belastingdienst uiteraard wel afhankelijk van de juiste verwerking van de gegevens in de ingediende aangifte in hun eigen systeem. Helaas gaat dit nog regelmatig mis. Vooral zodra er sprake is van een buitenlandse situatie gebeurt het nogal eens dat bepaalde gegevens niet dan wel niet juist worden verwerkt. En aangezien ons kantoor gespecialiseerd is in deze situaties, waarbij vaak een C of M biljet moet worden ingediend, worden wij geconfronteerd met veel foute aanslagen.

Uiteraard is dit vervelend voor alle betrokken partijen, maar na het indienen van bezwaar wordt de fout vaak meteen gecorrigeerd. Soms kost het iets meer overredingskracht omdat het vaak specifieke situaties betreft maar we komen er altijd uit. We dienden dan meteen een verzoek in om toekenning van een bezwaarkostenvergoeding en kregen die normaal gesproken wel toegekend, mits uiteraard het verzoek hiertoe in behandeling werd genomen. Echter sinds een wijziging in de wet per 1 januari 2010 is de situatie geheel anders. Vanaf dat moment is bepaald dat tegen een voorlopige aanslag geen bezwaar meer mogelijk is. En als bezwaar niet mogelijk is dan wordt er ook geen bezwaarkostenvergoeding toegekend. We hebben het afgelopen jaar nog wel bezwaarkostenvergoedingen ontvangen maar de laatste tijd worden ze afgewezen.

Is dat terecht? Dit is de grote vraag.

Naar mijn mening is het in ieder geval niet rechtvaardig. Zoals de AWR ook al voorschrijft wordt de inspecteur geacht bij het opleggen van een aanslag zorgvuldig te werk te gaan. Hij moet rekening houden met alle hem bekende feiten. Dus een aanslag moet een zekere basis hebben. Dit geldt wat mij betreft ook voor een voorlopige aanslag. Ook deze moet een duidelijke basis hebben. Echter kan een voorlopige aanslag (ruwweg) worden opgelegd op twee gronden:

  1. voorlopige aanslag opgelegd voor het einde van het belastingjaar op basis van een schatting of verzoek voorlopige teruggaaf/voorlopige aanslag;
  2. voorlopige aanslag opgelegd na het einde van het belastingjaar op basis van een ingediende aangifte voor het betreffende jaar.
Bij de situatie onder 1 stelt de belastingdienst dat een bezwaar niet nodig is omdat door middel van het indienen van een verzoek de aanslag snel kan worden gecorrigeerd. Dit is in principe juist. Is de schatting onjuist dan kan via de normale weg een nieuwe voorlopige aanslag worden aangevraagd. In de loop van het jaar is dat geen probleem. Onze overheid vindt dat dit zo makkelijk gaat dat een kostenvergoeding dus niet nodig is. Of dit juist is valt te betwisten, maar ik ga nog mee in die redenering, zeker ook omdat ook van de belastingplichtige kan worden verwacht dat op tijd een schatting dan wel een aangifte van een vorig jaar wordt ingediend, zodat de belastingdienst steeds up to date is met zijn gegevens.

Bij de situatie onder twee is het echter geheel anders. De voorlopige aanslag wordt hierbij opgelegd op basis van de ingediende aangifte. Dat deze dan verkeerd wordt verwerkt is niet te wijten aan de belastingplichtige, tenzij uiteraard een fout is gemaakt, maar daar ga ik hierbij niet van uit. De aangifte wordt ingediend, de klant wordt geinformeerd en de belastingdienst besluit zonder nadere berichtgeving af te wijken van de aangifte en een te hoge voorlopige aanslag op te leggen. Bezwaar maken mag niet meer, dus hoe moet er dan worden gereageerd? Een nieuw verzoek of schatting kan ook niet worden ingediend want het belastingjaar is al verstreken. Dus dan maar een gewone brief, met gelijke inhoud als een bezwaarschrift met dezelfde onderbouwing dat echter geen bezwaarschrift mag worden genoemd. Het werk moet dus wel worden gedaan en de belastingdienst zal de door hen gemaakte fout erkennen maar geen kostenvergoeding toewijzen. Zoals gezegd komt mij dit onrechtvaardig over.

Wat nu als we geen "bezwaar" maken tegen de te hoge voorlopige aanslag? De klant betaalt gewoon de aanslag. We wachten op de definitieve aanslag. Daartegen maken we dan bezwaar omdat deze feitelijk onjuist is. Gevolg: we krijgen alsnog gelijk, een bezwaarkostenvergoeding moet worden toegewezen en de belastingdienst moet het onterecht ontvangen bedrag terugbetalen met rente. Bevordert dit de klantvriendelijkheid van de belastingdienst? Dat lijkt me niet.

Een praktijkgeval.

Deze ochtend hebben we contact gehad met de belastingdienst in verband met een verzoek om een bezwaarkostenvergoeding. Onze klant had een deel van het jaar in het buitenland gewerkt dus op grond van het relevante verdrag hebben wij een tegemoetkoming gevraagd ter voorkoming van dubbele belasting. Niets vreemds aan zou je zeggen, maar helaas gaat dit in de meeste gevallen fout bij de belastingdienst en wordt de tegemoetkoming niet verwerkt en dus niet toegekend. Gevolg hiervan was dat onze klant, inmiddels woonachtig in het buitenland, werd geconfronteerd met een voorlopige aanslag met een te betalen bedrag van enkele tienduizenden Euro's. Herinnering, aanmaning en dwangbevel waren inmiddels ook al opgelegd. Daar is de belastingdienst tegenwoordig heel erg snel mee. Een kopieaanslag hadden wij helaas ook niet gekregen van de belastingdienst dus er moest snel worden gehandeld.

We hebben meteen bezwaar tegen de aanslag ingediend en verzocht om uitstel van betaling alsmede een bezwaarkostenvergoeding. Er was immers sprake van een fout gemaakt door de belastingdienst door de voorkoming niet te verwerken in de aangifte. Daarnaast zou je verwachten dat er wel een belletje gaat rinkelen bij de belastingdienst als een belastingplichtige uit het niets ineens een bedrag van tienduizenden Euro's moet betalen en dat in voorgaande jaren nooit het geval is geweest. Helaas is dit niet gebeurd en is ook geen verzoek om informatie gedaan alvorens een aanslag op te leggen.

Daarnaast moeten wij constateren dat het momenteel regelmatig voorkomt dat een verzoek om uitstel van betaling niet wordt behandeld. Hierdoor moeten wij regelmatig bezwaarschriften nabellen om te bevestigen dat uitstel daadwerkelijk wordt verleend. Dit kost onnodig extra tijd waarvoor we dus ook weer geen vergoeding krijgen.

Inmiddels zijn er al wel rechtzaken geweest, tot aan de Hoge Raad waarin is bepaald dat indien de belastingdienst toch aantoonbaar onzurgvuldig is geweest en er kan worden gesproken van een onrechtmatige daad dat de belastingdienst toch kan worden verplicht een kostenvergoeding toe te kennen, dus ook indien er sprake is van een voorlopige aanslag. De belastingdienst is echter erg star in de beoordeling en wijst per definitie alle verzoeken af. Deze afwijzing is dan weer een voor bezwaar vatbare beschikking, waartegen dus een bezwaarschrift kan worden ingediend en weer een bezwaarkostenvergoeding kan worden gevraagd.

Dus mijn voorstel is:

Ken een bezwaarkostenvergoeding toe indien er sprake is van een aantoonbare fout van de belastingdienst bij het opleggen van een voorlopige aanslag die het gevolg is van een ingediende aangifte en houd de huidige regels alleen in stand voor aanslagen die kunnen worden gewijzigd middels een eenvoudig verzoek zoals het betreft de aanslagen die betrekking hebben op het lopende jaar. Dit lijkt mij een rechtvaardigere behandeling van de belastingplichtige die vaak niets valt te verwijten.

Arjan Enneman
Managing Director Expatax BV
http://www.expatax.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten